In het ACRRES-lab is 7 weken lang een proef uitgevoerd met het verwerken van keukenafval door compostwormen in een nieuw prototype wormencomposter.
Naar schatting kan 73% van het (organische) keukenafval dat een gemiddeld huidhouden in Nederland weggooit door wormen verwerkt worden. Compostwormen kunnen o.a. fruit en groente omzetten in vermicompost (wormenpoep) en nieuwe wormenbiomassa.
Dit kan een positieve impact hebben op de financiële- en milieukosten van het centraal inzamelen & verwerken van GFE-afval, omdat het bij de bron gebeurt en omdat de vermicompost gebruikt kan worden als meststof voor tuinen.
Resultaten uit de proef
Uit de proef blijkt dat bijna 38% van de droge stof afkomstig uit het voedselafval door wormen wordt afgebroken. Het voedselafval bestond voor ongeveer 72% uit water en de compostmonsters hadden ten minste dezelfde stikstofgebruiksefficiëntie als runderdrijfmest. Wat zware metalen en ziekteverwekkers betreft, voldeed een voedselafval/wormcompostmonster van een soortgelijke composteerder aan de normen voor Keurcompost.
Aanvankelijk waren de omstandigheden in de composter dus gunstig voor de groei van wormen en het verwerken van het afval, maar in de loop van het experiment ontstond een te hoge vochtigheidsgraad. Het ontwerp moet dus nog verder verbeterd worden om meer beluchting en daardoor een betere doorgang van het verwerkte voedselafval/wormcompost uit de reactor mogelijk te maken. Na het oplossen van deze problemen is de composter zeker geschikt voor gedecentraliseerde afvalrecycling/upcycling.
Meer info: Hellen Elissen, 0320 – 291 223.